web analytics

Klassiekers – 1937: Pygmalion

Reacties zijn gesloten

In de reeks ‘Klassiekers’ zet NeerlandsFilmdoek iedere week een filmklassieker van eigen bodem in het zonnetje. Uit de periode van de eerste Nederlandse geluidsfilm tot nu selecteren we uit ieder jaar één titel die het volgens ons verdient om onder het stof vandaan gehaald te worden. Deze week uit het jaar 1937: Pygmalion.

Pygmalion (1937)
Geregisseerd door Ludwig Berger
met Lily Bouwmeester, Johan de Meester en Emma Morel

Een snobistische taalgeleerde professor wedt met een vriend dat hij met behulp van spraakoefeningen het plat-Amsterdamse accent van een bloemenmeisje kan veranderen in perfect Nederlands.

Risico’s
Jaren voordat het Amerikaanse My Fair Lady (1964) acht Oscars won, werd er in Nederland al een verfilming van Bernard Shaws beroemde toneelstuk Pygmalion uit 1913 gemaakt. Een belangrijk werk voor de Nederlandse filmgeschiedenis, dat er zonder Rudy Meyer aan het roer waarschijnlijk nooit was gekomen. De Duitse producent, die na De Kribbebijter – zijn uitstekend ontvangen eerste film op Nederlandse bodem – een belangrijk persoon voor onze filmindustrie in de jaren ’30 werd, nam grote risico’s met het verfilmen van Shaws toneelstuk.

Pygmalion was een toneelstuk waarin niet de actie, maar de dialogen centraal stonden, en dat wilde Shaw zo houden. Er was geen speld tussen te krijgen; Meyer moest toegeven aan de strenge eisen die de toneelschrijver zelf had opgesteld in waterdichte clausules. Maar stiekem gaf hij regisseur Ludwig Berger de gelegenheid een aantal scènes te veranderen en de film van een happy end te voorzien. Shaw kon het eindproduct niet bepaald waarderen, maar was blij dat de film nog steeds veel accent legde op de tekst.

Dialoogfilm
Critici spraken zelfs van een Shawiaans karakter en waren zeer te spreken over de kwaliteit van de dialogen. Pygmalion vormde zo – na vele muzikale komedies in de jaren daarvoor – de introductie van de dialoogfilm in Nederland, een genre dat hier goed werkte. Ze waren goedkoper dan actiefilms en bovendien hadden ze meer aansluiting bij de lange toneeltraditie in Nederland, die een grote invloed had op de ontwikkeling van de filmindustrie.

Première
De galapremière van Pygmalion, op 26 februari 1937 in de Amsterdamse City-bioscoop, was een van de meest succesvolle uit de Nederlandse filmgeschiedenis. Tijdens de vertoning werd er al een aantal keer luid geapplaudiseerd en na afloop volgde een staande ovatie. Het zal een verrassing en een opluchting voor de producenten zijn geweest.

Succes
Het enorme succes van Pygmalion reikte zelfs tot bioscopen buiten Nederland. Hoofdrolspeelster Lily Bouwmeester werd in één klap een ster, hoewel haar naam fout werd gespeld op de aftiteling, en kreeg een vijfjarig filmcontract van Paramount aangeboden. Ze weigerde echter. Haar man zou niet mee hebben gewild naar Hollywood en bovendien werd ze in de Nederlandse filmwereld erg gewaardeerd: ‘Ze zeiden hier “je kunt ons dat niet aandoen, het gaat nu net zo goed”,’ zei Bouwmeester later.

Internationaal
Een jaar na de Nederlandse release volgde een Britse verfilming, hier uitgebracht als De Engelsche Pygmalion. Regisseur Berger vertrok naar Amerika, waar hij al eerder een aantal films had gemaakt. Hij wilde daar zijn succes opnieuw verfilmen, maar daar stak Shaw een stokje voor. Uiteindelijk maakte de regisseur in 1940 The Thief of Bagdad, dat met drie Oscars werd bekroond.

Andere opmerkelijke films uit 1937: Amsterdam bij Nacht, De Man Zonder Hart, Drie Wenschen.