George Sluizer maakte de remake van zijn succesfilm Spoorloos wel, maar bedankte voor De Aanslag en Schindler’s List. Hij ontdekte Johanna ter Steege, maar raakte Nastassja Kinski kwijt aan Roman Polanski. Hij ontving prijzen en doodsbedreigingen en maakte de thriller die Stanley Kubrick jaloers maakte. Zijn leven en werk zijn nu vastgelegd in een aantrekkelijk boek.
George Sluizer is misschien wel Nederlands meest kosmopolistische filmmaker. Hij filmde in Brazilië, doorliep de filmschool in Frankrijk, werkte in Hollywood, schoot materiaal in Groenland en Siberië, was werkzaam in de lage landen, maakte een prachtige documentaire over Portugese vissers en was te vinden in Libanon. Hans Heesen sprak uitvoerig met de cineast. Het resultaat, ‘Wie zijn ogen niet gebruikt is een verloren mens’, is een vlot, omvangrijk en sappig boekwerk van niet minder dan 219 pagina’s.
Geleende tijd
In 2007 werd George Sluizer getroffen door een slagaderbreuk. Hoog in de bergen en op twee uur van het dichtstbijzijnde ziekenhuis leek hij zijn laatste adem te hebben uitgeblazen. Na vele operaties gaven de dokters hem nog hooguit zes maanden, maar wonder boven wonder is Sluizer er nog steeds. Wellicht minder mobiel en welbespraakt als voor het normaal gesproken fatale voorval, maar nog altijd even gepassioneerd en clever. ‘Maar hoe onverwoestbaar ook, dat hij in geleende tijd leeft is wel zeker,’ schrijft Hans Heesen in het voorwoord van ‘Wie zijn ogen niet gebruikt, is een verloren mens’. Om zijn leven en werk in perspectief te plaatsen en van commentaar te voorzien, vroeg Sluizer Heesen een biografie te schrijven, ‘nu het nog kan’. ‘Wie zijn ogen niet gebruikt, is een verloren mens’ is het pakkende en bijzonder fijn leesbare resultaat van Sluizers wens.
Interview
Een echte biografie is het boek echter niet. In relatief korte hoofdstukken ondervraagt Heesen Sluizer over alles wat met zijn werk en leven te maken heeft. De gesprekken zijn in vraag- en antwoord-model vastgelegd, waardoor het tempo hoog ligt en de lezer in korte tijd veel informatie te verwerken krijgt. Elk hoofdstuk behandelt een klein deel uit het leven en de carrière van Sluizer, en wordt zo goed gestructureerd en overzichtelijk gepresenteerd. Openhartig vertelt hij over kerngebeurtenissen uit zowel zijn leven als werk. Wist je bijvoorbeeld dat hij tijdens de opnames van Fitzcarraldo letterlijk voor zijn leven heeft moeten vechten om Klaus Kinski op afstand te houden? Dat actrice Judy Davis hem het leven zuur heeft gemaakt en hij vervolgens Woody Allen om raad vroeg? En dat filmen hem niet gelukkig heeft gemaakt?
Sappige quotes
Heesen slaagt er in ‘Wie zijn ogen niet gebruikt …’ in een dynamisch portret neer te zetten van de mens en filmmaker George Sluizer. Bovendien staat het boek vol interessante wetenswaardigheden, even komische als avontuurlijke anekdotes en – niet geheel onbelangrijk – sappige quotes. Als afsluiter hebben we hieronder een vijftal prikkelende citaten voor u verzameld.
Over Hollywood:
– ‘Ik zie Hollywood eerder als een onvolwassen gemeenschap van halve debielen, die hele goede vaklui zijn en heel goed een verhaal weten te vertellen, dan als iets duivels.’
Over nieuwe media:
– ‘Het goede van nieuwe media is dat er nu meer kansen zijn, méér mensen kunnen wat. Maar als individu het beste laten zien van wat er in je zit, dat komt nauwelijks meer aan bod. Grote kunst, of je het nou over Picasso of Mozart hebt, is het werk van één persoon.’
Over zijn werkwijze als regisseur:
– ‘Er bestaan aardige en onaardige regisseurs. Ik behoor waarschijnlijk tot de laatste groep, omdat ik het beste wil voor mijn films. Het is ook een kwestie van concentratie. Ik heb vaak meegemaakt, als we tijdens de opnamen ergens in een hotel zitten, dat mensen dan ’s morgens in de ontbijtkamer iets tegen mij zeggen als: ‘Goeiemorgen, George.’ Ze verwachten dan dat ik iets dergelijks terugzeg, maar vaak hoor ik het niet eens, omdat ik me dan al aan het concentreren ben op wat we straks gaan doen. Ik sluit me op zo’n moment af. Dus dan zeg ik niets of: ‘Zeur niet aan mijn kop.’ Dat vinden mensen niet leuk.’
Over het feit dat de wereldrechten van Twee Vrouwen in handen zijn gevallen van ‘boeven’:
– ‘In Londen kwam ik de film (Twee Vrouwen, red.) tegen als pornofilm. Hij stond in een videotheek. Anne wees me erop. Hij werd aangeprezen als ‘lesbian love’ en ’the best lesbian porn movie ever made’, enfin, dat genre. Ik heb die band gekocht en wilde weten wat ze ermee gedaan hadden. Het was ongelooflijk. Bibi Andersson masturbeert, zittend op een stoel. En er zaten meer van dat soort scènes in, anaal, noem maar op. De techniek was nog niet zo goed, dus je kunt goed zien dat haar hoofd op het lichaam van een andere vrouw is geplakt. Ik ken het lichaam van Bibi Andersson niet fantastisch goed, maar wel goed genoeg om te weten dat die borsten niet van haar waren.’
Over acteur Jason Robards tijdens de opnames van Fritzcarraldo.
– ‘Amerikanen kunnen weinig hebben, gewend als ze zijn aan comfort. Als ze geen douche hebben, denken ze meteen dat ze doodgaan. Hij moest op blote voeten door de poep lopen en dat wilde hij niet, omdat hij bang was voor dysenterie. Toen heb ik het voorgedaan. ‘Kijk, ik doe het en ik heb geen dysenterie.’ Ik heb toen in een memo aan Herzog geschreven dat hij een andere acteur moest zoeken. Maar dat wilde hij niet. Hij dacht hem onder hypnose gezond te kunnen maken.’
‘Wie zijn ogen niet gebruikt, is een verloren mens – in gesprek met George Sluizer’, Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar / Stichting Filmuitgaven (2012).
ISBN: 9789038896243.
Adviesprijs: € 19,95.