web analytics

Terugblik 2008 – Matthijs Bockting

Reacties zijn gesloten

In deze laatste, koude dagen van het jaar, boog onze redactie zich over het afgelopen Nederlandse filmjaar. 2008 kenmerkte zich door schaalvergroting, goede bezoekerscijfers en, verwant hiermee, een hernieuwde, positieve belangstelling voor de vaderlandse film. Van grote (commerciële) (jeugd)films als De Brief voor de Koning, Bride Flight en Wit Licht tot kleine, intieme arthouse-producties zoals Calimucho, Het Zusje van Katia en De Muze: een breed scala aan genres en stijlen werd aangeboord om een zo breed mogelijk publiek te bereiken. En met succes: nimmer wisten zoveel verschillende producties de bioscooplijsten te domineren. Ook de jaarlijks terugkerende telefilms trokken relatief gezien een meer dan aardig aantal kijkers, met TBS en Hitte / Harara als uitschieters. Wat zijn volgens de redactie de beste films van het afgelopen jaar? En welke de slechtste? In deze tweede aflevering uit een serie van drie, het jaaroverzicht van Matthijs Bockting.

Flop 5

5. Calimucho
Misschien wel de meest tegenvallende film van het jaar. Het is duidelijk te zien dat de film gemaakt is door iemand met een documentaire achtergrond. De film voelt veelal ook enorm als een documentaire, maar er wordt geen duidelijke keuze gemaakt. Hierdoor blijft de film hangen in een grijze zone. Typisch gevalletje vlees noch vis.

4. Wijster
Wijster bewijst andermaal de inconsistentie van Paula van der Oest als filmmaakster. Waar ze enerzijds meer dan degelijke films maakte als De Trip van Teetje, Moonlight en Tiramisu, weet ze daarnaast ook voor bedroevend slechte films te zorgen. Madame Jeanette, Verborgen Gebreken en Wijster behoren tot deze laatste categorie. Lelijk gedraaid, een matig en vooral zeurderig script en slordig geregisseerd. Gelukkig bewees Van der Oest het met Tiramisu (ook van dit jaar) wél te kunnen.

3. Alibi
Altijd pijnlijk; ongrappige komedies. Aan de cast zal het niet hebben gelegen; wel aan het matige script en dito regie. Dat je met zoveel goed materiaal binnen je cast het nog weet te verpesten mag ook een prestatie worden genoemd.

2. Snuf de Hond in Oorlogstijd
Waar het duo Peters/Schram het moet hebben van de hippe jeugdboeken van Carry Slee, doet Steven de Jong het met stoffige, oude en oubollige jeugdboeken. De twee Kameleon-films bleven hangen in het stoffige en oubollige, maar De Jong wist van De Scheepsjongens van Bontekoe een prima film te maken, die het boek met verve oversteeg. Snuf de Hond faalt echter weer op alle fronten. Cliché na cliché stapelt zich op, de cast is beroerd – wie vertelt Steven eens dat hij acteren beter aan anderen over kan laten? – en vooral het gemis aan ambivalentie binnen het script is nog het meest storend.

1. Het Wapen van Geldrop
Een honderdtal bezoekers in het eerste weekend; hadden zelfs Thijs’ vrienden geen zin in de film? Ik geef ze geen ongelijk. Römer heeft met Het Wapen van Geldrop verreweg de beroerdste film van het jaar afgeleverd. Waar de plot, de personages en de dialogen al dusdanig belachelijk zijn neem ik al snel de rest van de film niet meer serieus. Het Wapen van Geldrop lijkt het resultaat van een middagje slechte improv-class.

Top 5

5. Dunya & Desie
De dames kwamen gelukkig nog een keer terug. Nog steeds vriendinnen, alleen een paar jaar ouder. Met dezelfde problemen, alleen net wat groter. En met dezelfde leuke cast – Theo Maassen met witte sokken in speedoo slippers – een uitstekend script en sterke regie. Het voelde als een enorm gemis dat we de twee dames nooit meer zouden zien, toen de aftiteling over het scherm liep.

4. TBS
Na een wervelend debuut heeft Kuijpers eigenlijk nimmer meer écht een film kunnen maken met de impact die Van God Los enkele jaren geleden had. Gelukkig was er dit jaar TBS, de naargeestige film over een ontsnapte TBS-er, geweldig vertolkt door Theo Maassen. Kuijpers liet met TBS zien het nog niet verleerd te zijn: een aangrijpend verhaal vertellen en je aan het eind van de film nog even een grote stomp in je maag geven die je de dagen erna nog zult blijven voelen.

3. Het Echte Leven
Ook Robert-Jan Westdijk heeft na zijn fantastische debuut Zusje nimmer meer zo’n goeie film kunnen maken. Maar na de wat tegenvallende Siberia en Phileine Zegt Sorry is Westdijk terug met Het Echte Leven, waarin waarheid en fictie op een ingenieuze manier met elkaar verweven zijn. Dé revelatie van de film is natuurlijk Sallie Harmsen, inmiddels de natte droom van half mannelijk Nederland. Een femme fatale die met een blik, een lach en een traan eenvoudig iedereen om haar vingers windt. Dat we van haar nog maar veel mogen horen!

2. Vox Populi
Vox Populi stond lang op nummer één, totdat Oorlogswinter hem begin van de maand van de troon stootte. Niet getreurd; het is en blijft een enorm sterke film. Misschien qua emotie net wat minder sterk dan Simon, maar wel duidelijk mooier gedraaid en strakker geregisseerd. En zoals – bijna – altijd bij Terstall, wordt ook Vox Ppuli gedomineerd door de vrouw. Esmeral Gasman, als dommige assistente, en Eva Duivenstijn, als christelijk frontvrouw, zijn al enorm leuk, maar dé rol van de film wordt vertolkt door Femke Lakerveld; een Femke Halsema-achtige vrouw (nog met lang haar), alleen iets minder links. Hopelijk wacht Terstall nog lang met zijn politieke ambities en blijft hij er nog veel films over maken. Het liefst met veel mooie vrouwen.

1. Oorlogswinter
Waar ’n Beetje Verliefd toch wat tegenviel, laat Koolhoven met Oorlogswinter zien nog steeds tot de top van de Nederlands filmwereld te horen. Een geweldig script, fantastische muziek door de Italiaanse Pino Donnagio en een cast om je vingers bij af te likken. Oorlogswinter fascineert, beklijft en emotioneert.