web analytics

De drie … Oscarwinnende Nederlandse films

Reacties zijn gesloten

Gisteren werd bekend dat de Nederlandse co-productie The Broken Circle Breakdown en de film Omar van de Palestijns-Nederlandse regisseur Hany Abu-Assad genomineerd zijn voor een Oscar voor beste niet-Engelstalige film. Hiermee krijgt het Oscarfeest toch nog een Nederlands tintje. In het verleden wonnen drie (volwaardige) Nederlandse films het felbegeerde beeldje, een overzicht.

De Aanslag (1986)

Fons Rademakers’ vrij letterlijke adaptatie van de roman ‘De Aanslag’ leverde de Nederlandse filmindustrie, naast internationale erkenning, voor het eerst het felbegeerde beeldje op. En dat terwijl de regisseur in eerste instantie weinig mogelijkheden zag in Mulisch’ roman: “Ach, wat heb je daar?,” schamperde de cineast desgevraagd. “Een hoofdpersoon die zelf helemaal niets onderneemt. Alles overkomt hem en nog min of meer toevallig ook. Hoe kun je ooit een film maken met zo’n passieve figuur in de hoofdrol?”

Ook scenarioschrijver Soeteman zag er weinig in. “Maar ik had met Rademakers die vreselijke flop gemaakt [Mijn Vriend (1979)] en zat jegens hem met een schuldgevoel. Ik heb het boek dan ook alleen bewerkt tot scenario omdat Rademakers dat aan mij vroeg en ik nog bij hem in het krijt stond. De Aanslag is van alle kanten bij elkaar gejat: van ‘De perzik der onsterfelijkheid’ van Wolkers tot Het Meisje met het rode Haar, van Rashomon van Akira Kurosawa tot ‘Het behouden huis’ van W.F. Hermans.”

Na een succesvolle Nederlandse première – de film trok zo’n 350.000 bezoekers – zag producent Cannon Films De Aanslag als een prestigeproject; men investeerde enkele honderdduizenden dollars in een Amerikaanse reclamecampagne. En na eerder succes te hebben gehad bij de Golden Globes, won de film uiteindelijk ook de felbegeerde Oscar voor Beste niet-Engelstalige film.

Van zijn dankwoord maakte Fons Rademakers een soort buikspreeknummer met het bronzen beeldje: “Oscar zegt: dank u wel en laat u niet afschrikken door ondertitelde films in een buitenlandse taal, want in vreemde talen is het net zo goed mogelijk een verhaal te vertellen en emoties over te brengen.” (GF)

Antonia (1995)

Antonia kreeg in het buitenland een unanieme erkenning; nog voor de Oscars uitgereikt waren had de ‘Los Angeles Times’ de film al uitgeroepen tot de enige terechte winnaar. Dat is uitzonderlijke lof voor een film in originele uitvoering en voorzien van ondertitels. In Nederland waren de meningen verdeeld bij de première tijdens het Nederlands Film Festival in september 1995. Daar kreeg Antonia twee Gouden Kalveren: één voor de regie van Marleen Gorris en één voor Willeke van Ammelrooy als beste actrice. Van de landelijke kranten waren ‘Het Parool’, ‘de Volkskrant’ en ‘de Telegraaf’ enthousiast, terwijl de recensenten van ‘Algemeen Dagblad’, ‘Trouw’ en ‘NRC Handelsblad’ vernietigend waren. Over de hele linie waren in Amerika de recensies positiever. In de Nederlandse bioscopen kwamen tot aan de Oscar-uitreiking 41.000 mensen de film bekijken.

Marleen Gorris was de allereerste vrouwelijke speelfilmregisseur die genomineerd en bekroond werd sinds dat de Academy Awards werden uitgereikt. Overigens ging dit jaar ook de Oscar voor de korte Amerikaanse speelfilm naar een vrouw. Marleen Gorris noemde het ontvangen van de Oscar ‘een sprookje’; “Sommigen hebben gezegd dat deze film over een sprookje gaat. Dat ik nu deze prijs ontvang, is een sprookje dat uitkomt.” (RvD)

Karakter (1997)

Met een vreugdedansje nam Van Diem rond zes uur Nederlandse tijd zijn Oscar in ontvangst. De met Karakter als speelfilmregisseur debuterende Van Diem introduceerde zichzelf bij de miljoenen tv-kijkers als ‘weer zo’n gekke Nederlandse regisseur’. Zich daarbij richtend tot prijsuitreikster Sharon Stone, die haar grootste roem dankt aan Paul Verhoevens Basic Instinct zei hij ‘Je kent ze wel’.

Van Diem zei geen reclame te willen maken voor zijn film, die de vrijdag erop door Sony Pictures groot zal worden uitgebracht, maar wel iedereen wilde waarschuwen dat er een film ‘met schitterende ondertitels’ aan zit te komen. Van Diem bedankte zijn producent Laurens Geels en zijn acteurs en stelde de Vlaamse acteur Jan Decleir, die de rol van Dreverhaven speelt, aan het Amerikaanse publiek voor als ‘de Belgische Titanic’.

Sinds de eerste vertoningen voor de leden van de Academy die mogen stemmen in deze categorie, werd Karakter in de Amerikaanse media bestempeld als de gedoodverfde winnaar. De overwinning werpt nogmaals een vreemd licht op het werk van de Nederlandse Oscarcommissie, die aanvankelijk All Stars had voorgedragen als nationale inzending. De producent van deze film trok zich terug, omdat hij vond dat Karakter veel meer kans had op een nominatie. (RvD)