web analytics

Snuf de Hond in Oorlogstijd

Reacties zijn gesloten

 “Houdt het dan nooit op?” 

Vorig jaar bewees regisseur Steven de Jong met De Scheepsjongens van Bontekoe een oud en traag boek om te kunnen zetten in een vlotte en vermakelijke film voor het hele gezin. Dit jaar bewerkte hij het eerste deel uit de boekenserie ‘Snuf de Hond’ van Piet Prins tot de film Snuf de Hond in Oorlogstijd. In tegenstelling tot  Scheepsjongens, weet Snuf het oubollige karakter van het boek niet van zich af te schudden en is de film, ondanks dat ze verhaalt over de oorlog, vaak eerder onbedoeld komisch dan spannend of leerzaam voor de jeugd.  

Snuf
In Snuf de Hond in Oorlogstijd volgen we tiener Tom, die na een bombardement van de Duitsers zijn ouders verloren heeft en bij zijn oom Tjerk en tante Jeltje aan de rand van een Fries dorp wordt ondergebracht. Tom kan echter moeilijk aarden op het platteland. Dit komt niet alleen door de slechte relatie tussen Tom en zijn oom – die het gevolg is van de erg naïeve en opzichtige wraakgevoelens van Tom -, maar ook doordat Tom zich eenzaam voelt op boerderij ‘Vredehoeve’. Bauke, de vader van Jeltje en vaste inwoner van de boerderij, probeert hier wat aan te doen en besluit Tom een (Duitse) herdershond uit te laten zoeken. Langzaam ontdooit de jongen en beleeft hij samen met de hond allerlei avonturen. Zo verzorgen ze een door de Duitsers neergestorte piloot en helpen ze deze aan een schuilplaats. Hierbij krijgen ze hulp van het Joodse meisje Mirjam, dat ondergedoken zit bij de buren. 

Piet Prins, pseudoniem voor Pieter Jongeling, schreef in de periode 1953-1985 negen boeken over de heldhaftige hond Snuf en zijn baasje Tom Sanders. Steven de Jong toverde samen met Jasper Beerthuis het eerste deel uit de reeks om tot een scenario voor de speelfilm Snuf de Hond in Oorlogstijd. Hoewel uit vrijwel elk aspect van de film – aankleding, decors, muziek en cinematografie – blijkt dat de bedoelingen vrij serieus zijn, doet het scenario door haar oubollige, ongeloofwaardige en (onbedoeld) komische karakter de film de das om. 

Memorabel
Snuf de Hond zit namelijk vol met spannend en dramatisch bedoelde scènes, die door de clichématige dialogen, karikaturale portretteringen van de personages en voorspelbare handelingen allen hun doel voorbij schieten en vaak in plaats van meelevend toezien voor een bulderende lach bij de kijker zorgen. Naast het veelal kenmerkende probleem van wel erg uitgesponnen en te uitleggende dialogen, zijn een aantal scènes onbedoeld in potentie zelfs rijp voor de top 10 ‘meest memorabele scènes uit de Nederlandse film’.  

Laten we als eerste voorbeeld de scène nemen waarin Tom en zijn hond in aanraking komen met een Duitse officier. Plaats van handeling is het bosrijke gebied rondom de boerderij. Naast Tom, diens hond en de officier, zijn er ook nog een aantal Duitse soldaten aanwezig, waarvan een enkeling zich vermaakt in een aardige plas water. Tom weet de officier zo erg op te jutten dat deze als een wildebras rond begint te strooien met handgranaten – letterlijk strooien, want verder dan vijf meter komen ze niet. Tot overmaat van ramp, of laten we zeggen hilariteit, gaat hij in zijn woede zelfs zo ver, dat hij er eentje naar de inmiddels zwemmende hond wil gooien. De zwemmende Duitsers doen er kennelijk niet toe. Al zegt het feit dat de officier als een gek naar zijn handgranaten grijpt natuurlijk al genoeg over geloofwaardigheid van de scène. 

Een andere scène die voor een gulzige lach zorgt, is die waarin diezelfde Duitse officier de boerderij van Tjerk en Jeltje binnenvalt omdat hij een tip gekregen heeft dat de neergestorte piloot zich ergens in de schuur bevindt. Nadat de spanning door de muziek en montage op de bekende wijze is opgebouwd en hiermee zeker voor de jonge kijker doeltreffend zijn werk doet, wordt deze volledig teniet gedaan door de karikaturale weergave van de officier. Alsof hij zichzelf net een flinke dosis drugs heeft toegediend, barst hij plots op één millimeter van iemands gezicht in schreeuwen uit en draait de volumeknop nadien ook niet meer omlaag. De scène verliest hiermee in één klap al haar geloofwaardigheid en realiteitsgehalte. 

Houdt het dan nooit op?
Deze voorbeelden geven aan dat de film, ondanks haar serieuze bedoelingen en interessante insteek, zelfs de beoogde doelgroep – de jongste kijker – niet serieus neemt. En dit is zorgelijk, niet alleen vanwege de serieuze onderwerpen – de oorlog, de Jodenvervolging, onderduiken, dood en honger – die de film behandelt, maar ook omdat men kennelijk denkt dat dit alles zomaar geaccepteerd wordt door de (jonge) kijker. Overigens is dit geheel in lijn met het karkater van het hoofdpersonage van de film. Want ondanks alles wat hij meemaakt, is Tom aan het eind van de film nog net zo naïef en onvolwassen als in het begin. Het is te hopen dat de Nederlandse jeugd intelligenter is dan de makers ons hier willen doen geloven. 

Dat het vooral het scenario is dat faalt, blijkt ook uit de laatste sequentie van de film. Vanaf het moment dat Tom en Mirjam (en Snuf!) doorhebben wie de verrader is – de kijker weet dat inmiddels al lang – bestaat de film uit een opeenvolging van scènes, waarin de ene gekunstelde one-liner volgt na de andere. Zo weet Mirjam midden in een clichématige dialoogscène alle teksten te overtreffen door tussen neus en lippen door en met serieus gezicht op te merken: “Houdt het dan nooit op?”. Deze knipoog naar Zwartboek is op zichzelf al komisch, ware het niet dat hij in de gebruikte context helemaal voor hilariteit zorgt. Want komisch bedoeld was hij zeker niet. 

Op deze wijze hobbelt de film vervolgens nog zo’n tien minuten door naar het einde, waarbij geen enkel personage de kans onbenut laat om even op te merken dat we alles te danken hebben gehad aan Snuf: “Als we Snuf toch niet hadden!”, klinkt het regelmatig gekunsteld. De groepsknuffel – inclusief Snuf – aan het eind, die niet zou misstaan in een willekeurige aflevering van Dr. Phil, maakt het plaatje vervolgens compleet. Snuf de Hond in Oorlogstijd wil het jonge publiek veel vertellen over de oorlog, maar toont uiteindelijk dat een technisch goed verzorgde film niks voorstelt als het scenario op elk front (flink) tekort komt. 

Waardering: ** 

Snuf de Hond in Oorlogstijd  (2008)  
Regie: Steven de Jong
Scenario: Steven de Jong, Jasper Beerthuis
Producent: Steven de Jong
Camera: Nils Post
Muziek: Ronald Schilperoort
Montage: Sándor Soeteman
Met: Tom van Kalmthout, Vivian van Huiden, Sanneke Bos, Steven de Jong, Bas Muijs, Rense Westra, e.v.a.
Taal: Nederlands
Duur van de film: 97 minuten / Kleur
Te zien vanaf: 26 juni 2008