web analytics

Interview Nic Balthazar en Koen de Graeve over ‘Tot Altijd’

Reacties zijn gesloten

“Het is geen pro-euthanasie film. We zijn allemaal tegen de dood en ik vind het dan ook moeilijk om te zeggen dat ik voor euthanasie wil zijn.”

Vanaf 29 maart draait de nieuwe film van Nic Balthazar Tot Altijd in de Nederlandse bioscoop. Het is zijn tweede speelfilm, na zijn debuut met Ben X (2007) waar hij vele nationale en internationale prijzen mee won. De hoofdrol in Tot Altijd is toebedeeld aan Koen de Graeve (De Helaasheid der Dingen), die hiermee een ijzersterke rol neerzet.

Tot Altijd
Tot Altijd is gebaseerd op het waargebeurde verhaal over de jonge politicus Mario Verstraete. Hij leed aan de ziekte MS en dat werd de aanleiding voor hem om te strijden voor de Belgische euthanasiewetgeving, waar hij als eerste gebruik van heeft gemaakt. De film richt zich op Mario en zijn vrienden Thomas, zijn dokter, Speck, de grappenmaker en Lynn, en hoe zij omgaan met de wil om te leven en de keuze om te sterven.

Cast: Koen de Graeve, Geert van Rampelberg, Lotte Pinoy, Eva van der Gucht, Iwein Segers e.v.a.
Scenario: Nic Balthazar
Regie: Nic Balthazar
Producent: Peter Bouckaert

Interview

De film is gebaseerd op ware gebeurtenissen. In hoeverre hebben jullie onderzoek gedaan zowel naar het leven van Mario Vestraete als naar de ziekte MS?

Koen: Wij zijn naar de Internationale MS Organisatie in Melsbroek, België, gegaan en daar hebben we met verplegend personeel gesproken. We hebben MS patiënten ontmoet en gekeken hoe zij met die ziekte omgaan en hoe een dag uit hun leven eruit ziet. Zij waren allen heel openhartig en bereid hun verhaal te delen.
Nic: Bovendien heeft iedere acteur research gedaan naar zijn eigen rol. Dus Geert (van Rampelberg, red), die de dokter speelt, heeft bijvoorbeeld meer met dokters gesproken. Persoonlijk heb ik heel veel met de familie van Mario gesproken. Ik ken die familie ook redelijk goed. Zo is de doktersrol losjes gebaseerd op mijn broer, die één van de beste vrienden van Mario was. Ik heb het verhaal dan ook van de zijlijn meegemaakt. Mario was de eerste in België die euthanasie liet toepassen en hij deed dat heel uitgesproken, heel militant. Hij leek geen nederigheid te kennen tegenover de dood en had bijna een brutale, jongensachtige branie tegenover de dood. Dat shockeert. Soms is het raar dat een dergelijk verhaal als fictiefilm gemaakt moet worden om dingen op scherp te krijgen en om mensen helemaal in het verhaal te trekken. Bij een documentaire sta je er toch verder vanaf omdat het ‘de anderen’ overkomt.

Euthanasie is een onderwerp dat al vaker is verfilmd. Hebben jullie wellicht de films Mar Adentro en Simon gezien?

Nic: Mar Adentro wel, maar Simon … dat is wel een grappig verhaal. Onze film is een Nederlands-Vlaamse co-productie en toen het naar de Nederlandse filmcommissie ging, belde mijn producent me op: ‘Nic, ik heb een vraag. Heb jij ooit de film Simon gezien?’ ‘Simon (Nic spreekt het in het Engels uit, red)?’ ‘Nee, het is een Nederlandse film, Simon.’ ‘Euh, nee…’ ‘Ik hoor aan uw stem dat het waar is. Ik vraag dat omdat ze bij de Nederlandse filmcommissie zeggen dat het script van Tot Altijd toch wel heel erg sterk lijkt op dat van een Nederlandse film.’ Haha!
Koen: Oh ja?
Nic: Ja, Simon is een verhaal over iemand met kanker. Hij heeft ook een bende vrienden en een gay friend. Het lijkt een beetje op Tot Altijd. Simon is een erg goede film en heeft veel succes gehad, maar ik heb die niet gezien. Mar Adentro wel. En dat we Simon niet gezien hebben, toont stomweg hoe ver onze filmwerelden uit elkaar liggen terwijl we dezelfde taal spreken. En dat zo’n goede film dan niet bij ons komt, allez …

Is dit een verhaal wat je al vanaf het begin wilde verfilmen, aangezien je het van dichtbij meemaakte?

Nic: Nee, eigenlijk niet. Er zijn zoveel identieke, sterke verhalen die op je weg komen. Maar Tot Altijd heeft te maken met een ander verhaal van een Nederlandse acteur, Carl Ridders. Hij had ALS, wat een soort van MS on acid is, en was rond de vijftig toen hij ook euthanasie heeft laten plegen. Zijn vrienden hebben zo lang mogelijk geprobeerd hem te laten willen leven en uiteindelijk hebben ze hem samen naar een prachtige dood begeleid. Het was een onvergetelijke begrafenis, waarbij de man naar buiten is gedragen onder een stormachtige ovatie. Dat had ik nog nooit meegemaakt. Jan Decleir, onze grootste acteur, was ook aanwezig en hij sprak waarschijnlijk de laatste rede uit. Een rede die ze ook allemaal samen met hem (Ridders, red) hadden uitgesproken op de avant première. Daar is eigenlijk het idee van Tot Altijd vandaan gekomen. Het tonen van iemand die als het ware toch zijn eigen speech had geschreven. Decleir zei ‘NEEM EEN ACTEUR, LEVE CARL RIDDERS!’ Je kon niet anders dan [Nic begint te klappen]. Het was een staande ovatie voor een acteur die horizontaal de scène verliet.

Hoe was dat voor jou Koen, wat sprak jou aan bij het script?

Koen: Voor mij persoonlijk werd snel duidelijk dat ik mee wilde werken aan de verfilming van het script van Nic, omdat het me persoonlijk gegrepen heeft. Mijn moeder had ook een slepende ziekte en dat heeft mij aan het denken gezet. Sindsdien loop ik rond met de vraag hoe ik het zelf zou regelen, afscheid nemen van mijn kinderen, van mijn geliefden. De dood is een smerige overbodige grap, waar je totaal de humor niet van inziet en soms juist wel. Dit las ik allemaal in het script en dat sloeg als een bom in, omdat ik er zelf ook heel erg mee bezig ben. Het was een sterk script, ook wat betreft diepte, en ik bleef doorbladeren. Ik heb het ook niet droog gehouden en dat waren voor mij de redenen om de rol van Mario te spelen.
Nic: Dat is trouwens ook een prachtig verhaal … We moesten minstens drie commissies door omdat we drie landdelen hebben, Vlaanderen, Wallonië en Brussel. En één van de Brusselse filmcommissie-leden zit in de trein dat script te lezen en hij is zo hard aan het huilen dat iemand naar hem toe komt en zegt: ‘Meneer, is er iets? Kan ik u helpen? Heeft u slecht nieuws gehad?’ en hij zegt ‘Nee, laat maar. Ik ben een scenario aan het lezen.’ Haha, fantastisch!

In de film wordt er op een fijne manier afgewisseld tussen zware momenten en humor. Zijn er ook momenten geweest dat je dacht ‘dit is een stap te ver’?

Nic: Nee, ik wilde tot op het bot gaan. Maar je moet mensen meekrijgen en humor helpt daarbij. Je kunt er geen wonden mee genezen, maar deze wel draaglijker maken. Daarom bestaat de film zowel uit wezenlijke fragmenten waar de tragiek aanvaard wordt, als uit fragmenten waar de humor van ingezien kan worden. Dat wisselt zichzelf af tussen vrienden en dat is eigenlijk ongelooflijk. Het is de essentie van vriendschap. Je gaat dan aan de leuke en minder leuke dingen terugdenken en het een is niet waardevoller dan het ander.

Tot Altijd is een best zware film. Hebben jullie wel plezier gehad op de set?

Nic: Zeer zeker. Ik snap niet hoe de cast dat heeft gedaan, maar het was indrukwekkend. Als acteurs gaan ze er helemaal voor en Koen legde al zijn gevoel erin. Koen en Geert (Thomas in de film, red) zijn in real life echte maten. Vanaf de eerste dag werkten ze met de aanpak ‘let’s make this personal.’ Binnen de magische ruimte – van ‘actie’ tot ‘cut’ – lieten ze zich helemaal gaan. Maar daarbuiten was met die kerels nauwelijks land te bezeilen en is ongelooflijk gelachen. Wanneer weer ‘actie’ geroepen werd, konden ze echter meteen terug naar de diepe krochten van de miserie. Ik weet nog steeds niet hoe ze het doen …
Koen: We wilden niets verbloemen en gingen all the way; de moeder moet de zoon laten gaan, de zoon moet de zoon laten gaan, de ex kan nog altijd niet kiezen en denkt: ‘wat is mijn leven een puinhoop.’ Het wordt allemaal blootgelegd en moet beleefd worden. Wij gingen ons ook goed realiseren welk effect de dood op ons heeft. Die vijfendertig draaidagen zijn dan ook een hap uit ons leven geweest. En wanneer er dan ‘cut’ geroepen werd, dan moesten we wel even moppen.

Wat is voor jullie de moeilijkste scène geweest in deze film?

Koen: Soms is dat een technische kwestie en soms zijn mentaal of fysiek zware scènes heel goed te doen. Andere scènes zijn zo uitdagend voor jou als acteur dat je staat te trappelen als een paard in de stal dat de wei in wil. Dat begint al voor de draaiperiode, omdat we alles tijdens de repetitie van alle kanten bekeken en besproken hebben. Het gaat niet zomaar. Net als met het diëten (Koen is voor deze rol ongeveer 18 kilo afgevallen, red). Omdat ik moest afvallen en naar dat personage en dat gewicht toe moest werken, was ik anders geworden. Mijn lijf was anders geworden en anderen gingen me ook zo behandelen …
Nic: Op een moment zei ik dat Koen rechter moest gaan zitten. Dus ik begin hem recht op te zetten, zoals je dat bij een MS patiënt doet. Omdat ik het vergeten was dat hij niet echt ziek was. Veel mensen herkenden hem (Koen, red) ook niet.
Koen: Ik weet nog dat ik een keer een kostuum moest passen en ik stond te praten met Tine (van de kostuumafdeling, red). Geert kwam erbij staan, gaf me een hand en stelde zich voor, want hij had mij niet herkend, haha!
Nic: Toen we de laatste avond van Mario filmden, mocht Koen weer beginnen met eten. Voor mij waren dat eigenlijk vrij makkelijke scènes want iedereen was opgelaten. Ze geven vierhonderd keer meer dan waar je om vraagt. Tachtig procent van het werk van de regisseur is dan ook de juiste casting vinden. Hierbij is Iwein Segers, die Speck speelt, de grote verrassing geweest. Hij is een stand-up comedian en dan hoop en bid je dat hij ook kan spelen. Dat bleek zo te zijn en hij doet het ook echt op een geweldig niveau.

De euthanasiewetgeving is in 2002 doorgevoerd in België. Staat je daar nog iets van bij?

Koen: In die tijd was ik puur en alleen bezig met drinken en feesten, zonder bij de wetgeving stil te staan. Dat vond ik totaal onbelangrijk.
Nic: Het is niet zo dat iedereen in Vlaanderen Mario Verstraete kent. Hij was te zien in reportages van Terzake en Koppen. Mensen kennen wel ‘die man, die helemaal gebroken en heel erg ziek nog de intellectuele capaciteit had om heel kritisch te praten over het leven en de dood.’ Die uitspraken hebben we uiteindelijk niet gebruikt omdat het te heftig was. Hij zei ‘dan moet ge mij maar vakkundig uit de handel nemen’ en het drinken van de medicijnen waarmee hij euthanasie gepleegd heeft noemde hij ‘de weg naar het succes’.
Koen: Even tussendoor. Een dame die hem persoonlijk goed kende is heel blij met de gelaagdheid van de film. Zij zei: ‘Ik heb Mario altijd gezien als een innemende persoon, die ook de laatste jaren van zijn leven nog redelijk spits was.’ Ze was heel blij dat we een film konden maken waarin de vervelende kant en de zwarte humor te zien was.
Nic: Het fantastische van fictie is dat het meer kan doen dan het verhaal op zich. Iedereen ziet zichzelf op een andere manier en beleeft het verhaal op een andere manier. We moeten dan ook geloven dat kunst de wereld kan veranderen.

Wat hopen jullie dat mensen meenemen van deze film?

Nic: Mijn grote hoop is dat we deze film buiten onze drie landjes krijgen. We hebben de film tot onze blinde verbazing verkocht aan Iran en Turkije. Ik zou hem graag in Amerika willen zien, zodat de discussie over euthanasie op een ander niveau gevoerd kan worden. Mensen kunnen nog altijd tegen een wet zijn en iedereen mag daarvan denken wat hij wil, zolang de discussie maar op een intellectueel eerlijke manier gevoerd kan worden, want dat gebeurt vaak niet. Sommigen hebben het spookbeeld dat mensen die euthanasie toepassen moordenaars zijn. Het antikamp plaatst het tegen het misdadige aan. Maar dit is geen pro-euthanasie film. We zijn allemaal tegen de dood en ik vind het dan ook moeilijk om te zeggen dat ik voor euthanasie wil zijn. Ik ben voor een zelfbeschikkingsrecht voor de mens. Dat is essentieel. En voor solidariteit bij de mensen die voor dergelijke beslissingen kiezen. Ik ben ervan overtuigd dat deze film zelfs de meest Christelijke mensen hierover kan laten nadenken. Het zou stom zijn als je met zoiets kostbaars als film uiteindelijk niets kunt vertellen. En het wonderlijke aan film is dat je juist iemand in de schoenen van een ander kunt plaatsen.
Koen. Ik weet niet of ik voor euthanasie ben. Ik zou graag op een wet willen stemmen tegen de dood. Dat dat afgeschaft wordt (ze lachen allebei, red). Ik ben tegen gruwelijke slepende ziektes en dergelijke, de ontkenning van alles wat menselijk is.

Een gedachte over “Interview Nic Balthazar en Koen de Graeve over ‘Tot Altijd’

  1. KUNT U MIJ VERTELLEN VAN WIE DE SONG IS OP HET EIND ALL I LEAVE BEHIND VOND DE FILM MEESTERLIJK AL 3 XGEEKEKEN HEB ZELF EEN DOCHTER VAN 31 MET MS
    VR GR COBIE

Reacties zijn gesloten.