web analytics

Max Porcelijn: “Ik hou van gemankeerde mensen”

Reacties zijn gesloten

Een interview met Max Porcelijn over Plan C

Max Porcelijn studeerde in 2006 aan de Filmacademie met de tragikomedie De Ontgoocheling. Dezelfde mix tussen drama en humor hield hij aan voor zijn speelfilmdebuut, waarvoor hij eveneens een paar acteurs opnieuw vroeg. Ruben van der Meer en Ton Kas doen weer mee in Plan C. Ze spelen samen met René van ’t Hof de belangrijkste rollen in de nieuwe misdaadkomedie, over een sukkelige rechercheur met gokschulden die besluit een illegaal pokertoernooi te overvallen. Porcelijn schreef de personages op de lijven van de acteurs, die hun rollen met aanstekelijk onderkoelde humor weten te brengen. We spraken met de 30-jarige regisseur over zijn aanpak en visie, en wat hem zo dreef om juist deze film te realiseren. “We hebben alles erin gestopt.”

Je hebt Plan C volledig zonder subsidies gemaakt. Hoe heb je dat aangepakt?
Het was niet meteen het plan om het zo te doen, het was plan C, zeg maar. We wilden heel graag de film maken en we hadden al een beetje grond ervoor omdat we wisten dat Ruben, Ton en René al aan boord waren op basis van het script. En we hadden een heleboel andere mensen enthousiast gekregen, dus we wisten wel dat we het echt wilden. We hebben het eerst twee keer ingediend bij het Filmfonds, dat is het maximale voor één project. Toen dat niet doorging gingen we kijken wat we wel hadden. Ik heb alles geleend wat ik kon lenen. En gespaard, ik regisseer ook commercials voor TV. En als je een distributeur en een omroep aan boord krijgt, dan heb je in ieder geval iets. We hebben alles erin gestopt en toen kwam de echte vraag: willen mensen meewerken aan dit project voor de helft van het geld? Ze moeten er vertrouwen in hebben. En op een gegeven moment kan het dan.

Kon je die mensen allemaal overhalen door ze een script te laten lezen?
Ja, de meeste wel. Toen ik begon had ik een eerste versie die nog niet helemaal goed was, die je liever niet aan iedereen zou laten lezen. Maar ik wilde het in ieder geval aan Ton, Ruben en René laten zien, ik had de rollen ook voor hen geschreven. Dat dan in de hoop dat als zij het goed zouden vinden, dat het ook meer dan alleen een script is, of een plan zoals zoveel mensen hebben. Dat geeft dan iets meer legitimiteit naar buiten toe, het spreekt een soort vertrouwen uit.

Hebben zij je ook geholpen met het script te verbeteren?
Nee, niet direct. Je bent natuurlijk wel benieuwd wat ze er van vinden, een acteur leest heel anders dan een producent. Ze hebben hun mening en dat houdt je wel scherp. Je moet ze ook kunnen overtuigen als ze je niet vertrouwen en open staan voor andere dingen. Je zou het nu niet meer zeggen omdat alles nu af is, dan lijkt het snel groot, maar het is allemaal gedaan op goede wil van heel veel vrienden. Of door bijvoorbeeld laatstejaars camerastudenten als focuspullers op de set gebruiken. We hadden een mix van ervaren- met minder ervaren mensen. Maar het waren allemaal mensen die in de eerste plaats geloofden in wat we wilden doen.

Waarom was dit project zo speciaal voor je?
Sowieso omdat het mijn eerste film is. Sidney Lumet heeft een kort boekje over film maken geschreven waarin hij zegt dat je eerste film zijn eigen excuus is. Ook al zijn de omstandigheden kut, alleen het maken van de eerste film is al een goede reden. Zelfs al zit er één goede scène in, dan kun je toch aan mensen laten zien wat je in je mars hebt. Ik was bezig met commercials, maar ik wilde gewoon heel graag films maken. En met dit idee kwamen er veel dingen samen die ik heel tof vind. Ik wilde graag een genrefilm maken, iets wat echt een eigen soort wereld was. Met een simpel idee dat helemaal uit de hand loopt, door knulligheid en menselijk onvermogen. Ook visueel gaf dat iets meer ruimte om wat strakker te filmen, ook met weinig geld. Ik zocht naar iets waar zo veel mogelijk van die dingen samenkwamen, dat ook haalbaar was. Ik moest niet met een ridderfilm komen die jaren zou duren om te kunnen realiseren.

Wat er gebeurt in Plan C is best treurig, maar ook wel weer grappig. Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?
Als je het script leest dan zou je het kunnen lezen als totaal serieus, of complete slapstick. Daarom was ik zo blij dat de acteurs meteen die tussentoon eruit wisten te halen. Het is heel serieus gespeeld, maar wel net iets erboven, iets ‘larger than life’. Het is de toon die je zet. De film begint wat verlegen, dan vragen mensen zich af of ze wel mogen lachen. En op een gegeven moment voel je dan dat het niet alleen treurig is. Dat was ook echt het doel, ik hou daar van. Zoals bij The Office; er is wel een plot en die is ook wel belangrijk, maar daarbuiten krijgen mensen de kans om te laten zien wie ze echt zijn. Niet door het letterlijk te zeggen, maar door alleen een hint te geven van wat voor soort mensen het zijn. Ik hou van gemankeerde mensen, dat zit er gewoon in als ik het schrijf.

Je hebt het het script geschreven met de hoofdrollen al in je hoofd. Wat heeft Ruben van der Meer dat jij zo graag wilde?
Hij is sowieso onbekend als acteur, als echte acteur. Ik ken hem ook uit series als Frøland en Frø-live. Niet veel mensen hebben dat gezien, maar dat vond ik echt te gek. Ze hadden daarin een terugkomende reeks, Stadswacht. Hij speelt het dan wel wat groter, maar wel als een serieuze rol. Ik heb toen op de Filmacademie een korte film met hem gemaakt en later mijn eindexamenfilm. Hij is een hele goede antiheld. Ik zag het als een soort geheim wapen, hij heeft nog nooit echt de kans gehad om dat te laten zien. Zijn personage is eigenlijk een echte lul, hij doet alleen maar nare dingen, maar toch heeft hij een soort menselijkheid waardoor je blijft hopen dat het goed komt. Dat is zo oprecht, dat klopte meteen bij die rol. Hetzelfde had ik bij Ton en René. Ik kende ze uit eerdere films, dus ik wist ook hoe die karakters moesten zijn. Ik weet niet wat er was gebeurd als die drie acteurs niet mee hadden willen doen. Dan was ik gewoon huilend in bed gaan liggen denk ik.

Had je de film dan überhaupt willen maken?
Ik weet niet of dat dan zou kunnen. Dan ga je het natuurlijk wel proberen. Je wil heel graag, maar je probeert wel beheerst te blijven, het moet niet ten koste van alles gaan. Er mogen dan wel dingen misgaan, maar als ik zelf de film zou zien dan wilde ik op z’n minst denken: nou, dat is best leuk. Dat je het gevoel hebt dat iemand echt iets heeft geprobeerd. Het is nu natuurlijk niet echt meer voor te stellen wat ik had gedaan, maar ik was wel echt heel eager om een film te maken. Dan zou ik misschien toch iets hebben verzonnen wat minder op die personages had geleund.

Je ziet niet vaak dat een beginnend regisseur ook meteen zijn eigen scenario schrijft. Vond je dat geen risico?
Nee. Misschien als iemand iets had aangeboden dat echt deze toon zou hebben gehad, maar dat miste ik een beetje. Ik wilde gewoon heel graag dit doen en dan zoek je gewoon een manier om dat voor elkaar te krijgen. Ik heb op de Filmacademie wel eens meegemaakt dat ik iets van iemand anders maakte, maar dat ik het niet echt zelf snapte. Dan vond ik het zelf ook niet leuk om naar te kijken. Dat heeft niets met genre of stijl te maken, het is gewoon heel persoonlijk. Als je iets helemaal zelf doet, kun je ook heel erg worden afgestraft. Je moet aftasten in welke mate iets voor iedereen werkt, of alleen voor jezelf. Ik heb er nooit echt een risico in gezien, het was leuk om te doen.

Ben je dan uiteindelijk blij dat je alles zo onafhankelijk hebt kunnen doen, zonder inmenging van het Filmfonds? Dan had je waarschijnlijk wel concessies moeten sluiten.
Ja, maar dat is altijd wel zo. Er zijn altijd partijen -zelfs je eigen crew- die zich ermee bemoeien. En het is dan altijd aan jou om mensen te overtuigen. Het is een cliché onder filmmakers, maar vijftig procent van het proces is de film maken en de andere vijftig procent is zorgen dat je omgaat met alle politiek eromheen. Ik zou er wel altijd voor gaan om iets persoonlijks te maken. Hoe persoonlijker, hoe toffer. Dat zit hem ook in hoe iemand kan omgaan met bepaalde situaties. Het Filmfonds vond dit project te ver af staan van hoe zij er tegenaan kijken, terwijl wij heel veel enthousiaste reacties hadden. Als zij eisen zouden hebben gesteld aan de manier waarop de film werd gemaakt, weet ik niet wat ik had gedaan.

Het zou zo maar kunnen, gezien het geld, dat dit de enige keer is dat je een film op deze manier kon maken.
Ja, dat denk ik ook wel, of ik moet de loterij winnen. Maar je wil natuurlijk ook niet altijd dat je mensen moet vragen om voor niks te werken. Maar het hangt er ook van af. Als je een idee hebt voor een film die voor nog minder geld gemaakt kan worden, je krijgt de acteurs mee en je hebt een korte draaiperiode, dan zou het kunnen. Maar ik denk niet dat dit nog een keer zo snel kan. En iedereen wist natuurlijk van tevoren wat het risico was. Het is niet zo dat we vast een huis op de Bahama’s gaan boeken. Het is wispelturig, moeilijk controleerbaar, maar we willen het gewoon heel erg graag. Dat is het voornaamste.

Reacties zijn gesloten.