web analytics

In het vizier: Herman van der Horst

Reacties zijn gesloten

Tijdens het Nederlands Film Festival wordt cineast Herman van der Horst (1910-1976) geëerd met een retrospectief. Het voltallige oeuvre van de documentairemaker, onder meer bekend van Houen zo! (1952) en Faja Lobbi (1960), wordt tevens gepresenteerd op DVD. 7 Redenen waarom Van der Horst niet vergeten mag worden.

1. Herman van der Horst was een perfectionist pur sang en maakte, zoals dat in de jaren vijftig en zestig vaker werd gesteld, zogenaamde filmgedichten. Kees Hin: ‘Van der Horst kijkt met zijn oren. Hij is de componist van symfonieën en de wereld is zijn orkest. Door montage laat hij geluid uit elkaar spatten en schuift het daarna weer in elkaar. Hij denkt in coupletten en gezangen.’

2. De cineast zette met zijn films Nederland op de wereldkaart en bracht onze filmcultuur in het buitenland onder de aandacht. Vooral op de toonaangevende filmfestivals van Cannes en Berlijn had de filmmaker groot succes. In de Franse badplaats won hij prijzen voor ’t Schot is te boord (1951) en Houen zo! (1952). ‘In 1962 wist hij de hoge verwachtingen in Cannes te overtreffen met waarschijnlijk zijn meest zuivere film: Pan. De overrompelde jury kon niet anders doen dan er een speciale prijs voor creëren’, aldus criticus Bob Bertina. Tussendoor won hij nog tweemaal een Gouden Beer, zowel voor Prijs de Zee (1959) als Faja Lobbi (1960). Ook in Edinburgh, New York, Dublin, Bombay, Montevideo, Locarno, Straatsburg, Wenen en Oberhausen werd Van der Horst meermaals onderscheiden.

3. Herman van der Horst was een van de eerste Nederlandse filmers die ‘loskwam’ van de camera. De filmtechniek van voor en vlak na de oorlog kende enige mate van ‘logheid’ door haar zware camera’s en de nog vele studio-opnamen. Met Houen zo! maakte de cineast een bijzonder dynamisch portret van de Rotterdamse wederopbouw. Ook in de montage en met het geluid speelt hij een dynamisch spelletje.

4. Van der Horst wordt gezien als een voorman van de zogenaamde Hollandse documentaireschool. Kenmerken van deze Nederlandse beweging, waar ook Haanstra onder gerekend wordt: ‘De soberheid van de kadrering, de bewegingen van het natuurlijke licht, de aandacht voor lucht en wolken, de bijna devote aandacht voor de gegeven verstandhouding tussen mens, natuur en de natuurlijke krachten – stuk voor stuk visuele karakteristieken die rechtstreeks ontleend leken aan de beeldentaal uit de Hollandse Gouden Eeuw.’

5. Van der Horst was een innovateur. ‘Meestal optredend als zijn eigen cameraman, verrichte hij visuele krachtmetingen, die hij in de montage en de geluidsbehandeling opnieuw spectaculair wist te overtreffen. Hij was zijn tijd op die gebieden ver vooruit’, aldus documentairemaker Hans Keller.

6. Zijn werk is inspirerend voor cineasten in spe, niet alleen voor, maar ook achter de camera. Analyse van zijn werk is niet alleen historisch interessant, maar ook qua (montage)techniek van groot belang. Editor Ot Louw: ‘Het oeuvre van Van der Horst lijkt zich in veler herinnering te hebben vastgezet als fraai en snel gemonteerd. Zeker ook bij mij, al ben ik nog te jong om onder de indruk te kunnen zijn geweest ten tijde van het uitbrengen van zijn films. Die indruk werd pas echt gemaakt toen ik op de Filmacademie weer met enkele van zijn – betere – films werd geconfronteerd. Voor mij is het in ieder geval zonneklaar waarom Verhoeven dit materiaal nog een keer wilde bestuderen. Van der Horst kon monteren.’

7. De documentairemaker was nog een, wat men in de jaren vijftig en zestig noemde, echte cineast. Hij deed veel zelf: script, regie, camera, montage en geluid. ‘Hij waakte dus niet alleen over het hele wordingsproces – in de zin van de contemporaine regieopvatting – hij was er deel van, hij regisseerde zichzelf’, aldus Louw.

Naar aanleiding van de honderdste verjaardag van wijlen Herman van der Horst presenteert Beeld en Geluid vandaag een DVD-box met het volledige oeuvre van de regisseur. Prijs: 19,95 euro.