Nog voordat de tragikomedie Aanmodderfakker aan het publiek vertoond was, mocht het al rekenen op drie Gouden Kalveren op het Nederlands Film Festival. Gevolg was dat de release enkele weken naar voren werd gehaald. Centraal in Michiel ten Horns tweede speelfilm staat de eeuwige lapzwans Thijs die begin dertig nog steeds geen moer met zijn leven doet. Eén van de drie Kalveren ging naar het scenario van Anne Barnhoorn. Aanleiding voor Neerlands Filmdoek om het filmmaakproces eens van een andere kant te belichten. Een aangenaam gesprek met scenarist Anne Barnhoorn.
Bescheiden
Als Anne Barnhoorn (32) naast zich op haar werktafel kijkt dan blinkt daar het Gouden Kalf dat ze won voor het scenario van Aanmodderfakker. Het bureau en dus ook het beeldje staan pontificaal voor het raam, het laatste bij gebrek aan schoorsteenmantel. Het is wel een beetje een show-off, aldus Barnhoorn, dus misschien moet de belangrijkste prijs van de Nederlandse filmindustrie maar ergens anders komen te staan. Het is illustratief voor de eerste, bescheiden indruk die de schrijfster wekt en misschien ook wel voor de personages die in haar hoofd ontstonden. Of het nu het sneue muurbloempje Eva van End (De Ontmaagding van Eva van End) of de eeuwige student en nietsnut Thijs is (Aanmodderfakker), Barnhoorn heeft een haast genadeloos talent voor typering. Soms is slechts één opmerking genoeg om te weten met wat voor persoon we te maken hebben. Haar partner in crime, regisseur Michiel ten Horn, die ze op de HKU ontmoette en jaren later aan de Filmacademie weer tegenkwam, voelt Barnhoorns bijzondere kijk op de mensen om haar heen feilloos aan.
Koffie verkeerd
Onder het genot van een koffie verkeerd in een café in de hoofdstedelijke binnenstad, legt de scenariste uit dat ze altijd het gevoel heeft dat ze moet schrijven. Als ze eenmaal bezig is dan werkt ze ook hard, maar ze heeft wel altijd moeite met beginnen. “Bij iedere zin, als het even stopt, heb ik de neiging om even naar Facebook te gaan of Twitter, de site van de Bijenkorf, of iets anders onbenulligs. Schrijven vind ik eigenlijk alleen maar leuk als het gedaan is,” lacht Barnhoorn. Om deadlines vraagt ze altijd, anders komt het er niet van. “Ik vind het prettig om het druk te hebben en als er druk op zit. Als ik in huis blijf dan ga ik schoonmaken, ’s middags slapen of buiten rondjes lopen. Alles om maar niet aan het werk te hoeven.”
Het tijdstip van beginnen hangt heel erg af van wat er gedaan moet worden, vertelt de scenariste. “Als ik dingen moet verzinnen dan heeft het niet zo heel veel zin om op stipte tijden te beginnen. Dan komt het wanneer het komt en eigenlijk altijd als ik net wat anders aan het doen ben. Maar als ik echt scènes moet schrijven, ga ik er ook echt voor zitten van 10 tot 12. Dan even bij wijze van pauze naar buiten en zorgen dat ik ook nog met iemand praat.“ Maar als ze er echt goed inzit dan kan ze ook zo ’s avonds doorhalen.
Mensen kijken
Barnhoorn kan razend knap personages neerzetten. Vergezeld door een enigszins ondeugende blik geeft Barnhoorn toe dat ze ook altijd naar mensen om zich heen kijkt. “Ik vind het heel erg interessant hoe andere mensen praten en hoe ze bewegen. Juist die typerende dingen van mensen probeer ik heel erg te onthouden en in een scenario te verwerken. Dat is soms best moeilijk, want een regisseur moet ook maar net precies snappen wat ik bedoel. Wat dat betreft liggen Michiel en ik heel erg op één lijn.”
Een goed voorbeeld in Aanmodderfakker is te zien op een pensionadofeestje van Thijs’vader. Een neef is net terug uit India en loopt rond in een knaloranje gewaad met een paar te foute sandalen eronder. Zijn vader verkondigt dat zoonlief de ‘Tutsj mai hool’ heeft gezien. Juist, het is dus zo’n figuur. Het grapje komt van Barnhoorns stiefvader die Taj Mahal zo uitsprak tijdens een kerstdiner. “Dat vond ik heel grappig en heb ik dus op die oom geplakt. Ik zei toen wel tegen mijn stiefvader dat hij dit zeker terug zou gaan zien.”
Zelfs de omvallende boom uit de openingsscène is gebaseerd op een waar gebeurd voorval. Barnhoorn zat met Ten Horn op een terras bij de Weteringschans over hun film te praten en een meter of honderd van hen vandaan ging spontaan een boom tegen de vlakte, de tramleidingen in zijn val meenemend. “Ik weet niet of mijn werk nu zozeer op toeval is gebaseerd, maar ik merk wel dat als ik aan het schrijven ben, ik anders naar mijn omgeving kijk en betekenis ga leggen in dingen die er misschien helemaal niet zijn. Ik verdraai het dan zo in mijn verhaal dat het wél betekenis krijgt.”
Het idee van Aanmodderfakker kwam van Ten Horn en Barnhoorn samen. Ze waren enorm gefascineerd door mensen van wie het leven ogenschijnlijk enorm gelukt lijkt en het heel goed lijken te doen. Maar als je wat beter kijkt, vraag je je af waar deze mensen eigenlijk mee bezig zijn in hun leven. “Ik begrijp heel erg het gevoel dat sommige dingen voor later blijven,” stelt Barnhoorn cryptisch, maar gelukkig verklaart ze zich gelijk nader. “Ik zou mezelf ook niet als vrouw omschrijven, dat klinkt oud. Maar ook dingen als een huis kopen en een hypotheek regelen en kinderen krijgen: dat was altijd iets voor later en dat is voor mij nog steeds iets voor later, maar eigenlijk is het al later.” Barnhoorn is een tijdje bang geweest dat ze de boot zou missen. Maar inmiddels is ze er wel achter dat ze dit misschien wel helemaal niet wil. “Dat is materiaal voor een volgende film.”
Generatiekloof
Het was altijd de grote wens van de makers dat Thijs wel een ontwikkeling zou doormaken, maar niet een totale omslag. “Thijs heeft een besef gekregen, maar daarmee is hij er nog niet. We wilden graag laten zien dat hij voor sommige dingen wel degelijk te laat is. Daar staat ook het laatste shot met de wasmachine voor.”
Studente-schuine-streep-babysitter Lisa, waar Thijs in de film verliefd op wordt, weet juist knettergoed wat ze wil. Barnhoorn wilde deze twee generaties tegenover elkaar plaatsen. “Mensen van Lisa’s generatie behalen veel eerder mijlpalen, waarbij je je afvraagt of ze niet wat meer plezier moet maken. Die twee kunnen wat van elkaar leren. Lisa moet worden afgeremd en Thijs juist opgevoerd. Met elk personage hebben we geprobeerd een andere kant van het leven neer te zetten. Niemand is honderd procent gelukkig en iedereen vraagt zich wel eens af of dit nu de bedoeling van het leven is.”
Dat is ook wel een beetje de schuld van Hollywood, vindt Barnhoorn. “Daar is iedereen knap en komt alles altijd goed. En dan nog beter dan je had durven dromen. Met mooie lichamen en kaarslicht en zo. Het echte leven is veel ingewikkelder dan dat.”
On-Nederlands?
Een veelgehoorde reactie op zowel De Ontmaagding van Eva van End als Aanmodderfakker is dat het haast on-Nederlands goed is. Volgens Barnhoorn klinkt dit aanvankelijk als een compliment, maar daarna vraagt ze zich altijd af waarom eigenlijk. “Dat impliceert dus eigenlijk dat wat in Nederland gemaakt wordt niet goed is, waar ik het dus niet mee eens ben. Er worden overal slechts films gemaakt, ook in Amerika. Ik vind het een beetje een gek compliment, omdat wat wij in onze film doen juist heel Nederlands is. Het lijkt haast wel dat hoe Nederlandser we het maken, hoe internationaler het wordt.”
Toen Eva van End in Toronto in première ging, werd daar juist opgemerkt dat het zo een gezin in Amerika of Canada had kunnen zijn. “Er stijgen bepaalde waarden uit die universeel juist heel herkenbaar zijn. In alle landen gaat het om familiebanden en onderlinge verhoudingen.” Eva van End werd wat betreft humor weer met het werk van Todd Solondz vergeleken. “Ik hou wel van die knetterharde humor. Welcome to the Dollhouse is wel één van mijn favorieten. Voor Eva van End was dat wel een inspiratiebron, maar voor Aanmodderfakker niet meer. Ik hou heel erg van humor die over mensen gaat en die vanuit hun onmacht komt. Ik hou niet zo van fysieke humor, zoals mensen die uitglijden over een bananenschil of in hun broek poepen. Hoewel, mensen die in hun broek poepen vind ik eigenlijk ook heel grappig,” schaterlacht Barnhoorn. “Ik zoek de humor die voortkomt uit de tekortkomingen van mensen. Dat maakt je als mens aandoenlijk.” Thijs is voor haar vooral een held op sokken. “Een lieve jongen met een superklein hartje. Ik hou echt een beetje van Thijs.”
Vrouwenhumor
“Als mensen zeggen dat vrouwen geen humor hebben, zijn dat altijd mannen die heel graag willen dat dit zo is omdat ze zelf grappig willen zijn. Er zijn heel veel vrouwen met hele goede humor, zoals al mijn vriendinnen. Veel harder dan mannen, en de vrouwen om mij heen hebben veel meer zelfspot.”
Barnhoorn beschrijft haar eigen humor als hard en soms zelfs ranzig. “Maar dat haalt Michiel er altijd uit,” bekent de scenariste. Michiel ten Horn is afkomstig uit de animatiewereld en staat bekend om zijn strakke planning tot de storyboards aan toe. “Als je elkaar zo goed aanvoelt en elkaars stijl zo goed kent, hou je in het scenario al rekening met bepaalde shots,” legt Barnhoorn uit. Eigenlijk is de uitvoering van de schrijfsels van Barnhoorn altijd precies zoals zij het in haar hoofd heeft. “Michiel betrekt me ook bij de casting en we spelen samen scènes na. Als ik de definitieve versie van het scenario inlever dan weten we allebei precies hoe we iets bedoelen. Hij heeft de personages dan ook helemaal in de vingers. Ik weet bij Michiel altijd zeker dat het goed komt.”
Nieuw werk
De Gouden Kalf-winnares is nu bezig met het schrijven van een kinderserie. “De producent had een format geschreven en acht maffe kinderpersonages bedacht met als setting een zomerkamp. Voor de rest mag ik het helemaal zelf invullen. Zo kan ik er toch mijn eigen stempel op drukken. Ik zou wel meer moeite hebben met een format waarbij alles al vastligt. Ik heb een soort van droom dat mensen mijn stijl gaan herkennen.”
Voorlopig zijn er nog geen concrete plannen voor een nieuwe samenwerking met Michiel ten Horn, al gaat die er zeker wel weer komen. “We hadden heel lang heel intensief met elkaar te maken en daar moet je even van bijkomen. Filmmaken is best heel vermoeiend. Michiel wil ook zelf gaan proberen iets te schrijven.” Barnhoorn heeft nu zelfs een idee voor een internationale film die ze met een producent aan het ontwikkelen is.
Met je tweede speelfilm een Gouden Kalf winnen, het is haast jaloersmakend. Barnhoorn is er heel nuchter onder gebleven. De koffie verkeerd is binnen en de scenariste stapt weer op haar fiets. Terug naar die computer op haar bureau, naast dat Kalf met dat lokatie-issue. Daar staan ongetwijfeld al weer prachtige verhalen en ideeën te popelen om losgelaten te worden op de wereld. Een wereld die voor Anne Barnhoorn open ligt en steeds groter lijkt te worden.