web analytics

Vincent Bal: ‘In Europa kun je een film maken waar je 100% achter staat’

Reacties zijn gesloten

Met Minoes gaf Vincent Bal niet alleen Carice van Houten, maar ook de Nederlandse familiefilm een geweldige boost. Dit jaar geeft hij het genre internationale allure met Nono, het Zigzag Kind.

Hoe spannend was het dat jouw film de officiële aftrap van het Nederlands Film Festival was?

De film was nog niet helemaal af toen een delegatie van het festival de film kwam bekijken. De juiste muziek zat er nog niet onder en de special effects ontbraken bijvoorbeeld nog. Ik heb de film heel kort ingeleid, maar moest toen zelf weer direct terug naar de montagekamer voor de audio-edit Gelukkig maar, want dat soort vertoningen zijn in de regel zenuwslopend. Elk kuchje of zacht gestommel wordt dan uitvergroot. De tien dagen tussen die presentatie en het bericht dat Nono geselecteerd was, waren ook erg spannend. Het verlossende telefoontje kwam toen ik in de geluidsmix zat. Ik was ontzettend blij, het voelde als een prachtige start voor de carrière van de film.

Ook een spannend moment: David Grossman, de auteur van het boek, zag de film drie weken geleden voor het eerst. Ik heb me toen maar achterin de zaal teruggetrokken. Gelukkig was hij enthousiast. Nu de film klaar is, vind ik het vooral leuk om hem met een volle zaal met publiek te zien.

Nono is een echte familiefilm. Daar waren er nog niet genoeg van volgens jou?

Het afgelopen jaar is er in Nederland een aantal uitstekende familiefilms geproduceerd. Tony 10 en Kauwboy om er enkele te noemen. Nono nam al mijn tijd in beslag, dus zelf heb ik ze helaas moeten missen. Hopelijk heb ik nog tijd voor een inhaalslag! Het is geweldig dat het Nederlands Film Festival de familiefilm prominent in de schijnwerpers plaatst. Nono past daar natuurlijk prima tussen. De film kwam op mijn pad doordag Burny Bos, de producent, mij het boek gaf. Het biedt avontuur, humor en fantasie, maar ook een emotionele verhaallijn. Daarom wilde ik de film maken. In 2004 schreef ik al de eerste versie van het scenario. Maar Nono is een kostbare productie en de jaren gaan snel als je op zoek bent naar geld.

Het is een roadmovie, waarin het hoofdpersonage van zijn vertrouwde omgeving naar een andere wereld reist, waar andere wetten gelden en een andere taal wordt gesproken. Het vinden van de juiste locaties was een enorme zoektocht. Het boek speelt zich af in Israël, maar ik wilde het verhaal wat dichter bij huis situeren. Dat is Nederland geworden, en vandaar belandt Nono via België uiteindelijk in het Franse Nice. Toen we dat besloten hadden, vielen alle puzzelstukjes op hun plaats.

Jij hebt met Minoes de familiefilm op de kaart gezet. Een oer-Hollandse film die ook internationaal uitstekend boerde. Mag Hollywood jou bellen?

Hollywood mag altijd bellen! Maar de luxe van werken in Europa is dat je ondanks de geringe hoeveelheid geld wel de film kunt maken waar je honderd procent achter staat. Het mooie is dat ik tot vandaag de dag nog veel toffe reacties krijg op Minoes. Na al die jaren is de naam dus blijven hangen, haha. Of Nono Minoes zal overtreffen? Nono heeft een meer volwassen thema dan Minoes. Dat wil niet zeggen dat kinderen niet kunnen genieten van Nono’s avonturen. Ik ben net terug van het filmfestival van Toronto. Daar reageerde het publiek bijzonder positief op de film. Als de Canadezen een goede graadmeter zijn, dan wordt Nono een gigantisch succes (lacht).

Hollywoodles 1 is: don’t work with children or animals. Jij doet het allebei. Had je na Minoes je lesje nog niet geleerd?

Het scheelt natuurlijk dat we de paarden in deze film niet hoefden te laten praten! Daardoor ging het werken met dieren ditmaal een stuk soepeler. Na Minoes kreeg ik een hele reeks pratende dierenfilms aangeboden: uit Duitsland, Nederland en België. Ik was plots de expert, maar daar had ik toch niet zo’n trek in. Ik heb nog wel in Moskou een Whiskas-commercial gedraaid.

Trouwens, die Hollywood-wet vergeet nog een belangrijk ding te vermelden: treinen! Voor een scène kunnen die maar een klein stukje rijden, dus moesten we tussen twee takes telkens een stuk terug rijden. Vermoeiend en tijdrovend! En dan werkten we ook nog eens met oude treinen. Toen alles in gereedheid was voor de allereerste opname, bleek de locomotief kapot. Om niet te veel tijd te verliezen, hebben we toen maar een shot van de noodrem gefilmd en extra met de camera geschud, zodat het toch lijkt alsof de trein aan het rijden was.

Een opvallende hoofdrol is voor Isabella Rossellini. Heb je Jeroen Krabbé, die haar regisseerde in Left Luggage, nog gebeld voor tips?

Dat hoefde niet, want we gebruikten dezelfde cameraman: Walther Vanden Ende. Op de set informeerde Isabella nog hoe het ging met Jeroen. Ze wilde hem weer eens zien, maar ik weet niet of het daar nog van gekomen is. Dat toont hoe sympathiek zij is. Rossellini staat bekend om haar eigenzinnige filmkeuzes, dat spreekt mij aan. Ze is een fantastische vrouw, zonder kapsones. Ze is grappig, charmant en heel toegankelijk. Tegelijkertijd heeft ze echt die star quality die perfect bij haar Nono-personage past. Wat casting betreft ga je uiteraard voor het allerbeste. We vertaalden het scenario voor haar. Ze vond het interessant, maar wilde ook eerder werk van me zien. Volgens mij is ze gevallen voor Minoes. Ik was uiteraard compleet in de wolken toen ze de rol aanvaardde. Wie ik anders had benaderd? Dat verklap ik niet. Ik kan wel vertellen dat het een bijzonder kort lijstje was. Er stonden maar drie namen op. En tussen Isabella en de rest stonden zeer veel witregels …

Nono, het Zigzag Kind draait momenteel volop in de Nederlandse bioscopen.